Veelvoorkomende bouwwerkzaamheden

Wilt u een dakkapel plaatsen aan de voorzijde van uw woning of aan de kant die naar het openbaar gebied gericht is? Dan heeft u geen vergunning nodig als de dakkapel aan de volgende voorwaarden voldoet:  

1. gelegen in een gebied of een bouwwerk waarvoor geen welstandeisen gelden (volgens artikel 22.1, onder a, van de Omgevingswet);  
2. voorzien van een plat dak;
3. gemeten vanaf de voet van de dakkapel niet hoger dan 1,75 meter;
4. onderzijde meer dan 0,5 meter en minder dan 1 meter boven de dakvoet;
5. bovenzijde meer dan 0,5 meter onder de daknok;
6. zijkanten meer dan 0,5 meter van de zijkanten van het dakvlak;
7. niet op een gemeentelijk monument, rijksmonument of gelegen in een beschermd dorpsgezicht.

In alle andere gevallen heeft u een vergunning nodig. We toetsen het plan volgens de regels van het omgevingsplan en de welstandsnota.

Ook hiervoor geldt dat de vergunning niet over de bouwtechnische kwaliteit van de dakkapel gaat. Daar bent u namelijk zelf verantwoordelijk voor. De technische voorwaarden kunt terugvinden in het Besluit bouwwerken leefomgeving (Bbl).

Wilt u een dakkapel plaatsen aan de voorzijde van uw woning of aan de kant die naar het openbaar gebied gericht is? En voldoet deze niet aan de regels voor vergunningvrij bouwen? Dan moet u een vergunning aanvragen. Uw plan wordt beoordeeld op de volgende punten:

1. dakkapel met een plat dak: hoogte maximaal 1,50 meter gemeten vanaf de voet van de dakkapel tot de bovenzijde van de boeiboord of daktrim;
2. aangekapte dakkapel: hoogte maximaal 0,90 meter gemeten vanaf de voet van de dakkapel tot de bovenkant van de kozijn;
3. onderzijde minimaal 0,5 meter boven de dakvoet verticaal gemeten;
4. bovenzijde minimaal 0,5 meter onder de daknok verticaal gemeten;
5. zijkanten minimaal 0,5 meter van de zijkanten van het dakvlak;
6. een positief advies van de ruimtelijke kwaliteitscommissie of monumentencommissie (redelijke eisen van welstand).

Ook hiervoor geldt dat de vergunning niet over de bouwtechnische kwaliteit van de dakkapel gaat. Daar bent u namelijk zelf verantwoordelijk voor. De technische voorwaarden kunt terugvinden in het Besluit bouwwerken leefomgeving (Bbl). 

Wilt u een erf- of perceelsafscheiding plaatsen? Dan hoeft u geen vergunning aan te vragen als deze voldoet aan de volgende voorwaarden: 

1. gelegen op een erf of perceel waarop al een hoofdgebouw (woning) staat waarmee de afscheiding in functionele relatie staat;
2. niet hoger dan 1 meter;
3. indien hoger dan 1 meter, maar niet hoger dan 2 meter: geplaatst achter de lijn die loopt langs de voorkant van het hoofdgebouw;
4. indien de afscheiding wordt geplaatst bij een hoekwoning, moet deze achter de lijn staan die langs de voor- en zijgevel van het hoofdgebouw loopt. Dit geldt ook voor een woning die aan de zijkant grenst aan het openbare gebied.

In alle andere gevallen beoordelen we aan de hand van het omgevingsplan of een vergunning nodig is.

Voor een erfafscheiding van maximaal 2 meter hoog is voor de bouwtechnische kwaliteit nooit een vergunning nodig. Daar bent u zelf verantwoordelijk voor. De voorwaarden hiervoor staan in het Besluit bouwwerken leefomgeving (Bbl).

Bouwtechnische vergunning

Gaat u aan-, uitbouwen of een bijgebouw plaatsen? Dan heeft u voor het bouwtechnische gedeelte geen vergunning nodig als het voldoet aan de volgende voorwaarden:

1. op de grond staat;
2. lager is dan 5 meter;
3. geen verblijfsgebied op de tweede bouwlaag of hoger heeft;
4. niet is voorzien van een dakterras, balkon of andere niet op de grond gelegen buitenruimte;
5. geen hoofdgebouw wordt;
6. geen gemeentelijk monument is, geen rijksmonument is of gelegen is in een beschermd dorpsgezicht.

In alle andere gevallen heeft u een vergunning nodig voor het bouwtechnische deel. Deze vergunning is alleen nodig bij verbouw of uitbreiding van een bestaand bouwwerk. Als niet voldaan wordt aan de bovenstaande voorwaarden en het gaat om nieuwbouw (bijvoorbeeld een garage), dan valt de aanvraag onder het stelsel van kwaliteitsborging voor bouwactiviteiten die vallen onder gevolgklasse 1.

Als u geen vergunning nodig heeft, bent u zelf verantwoordelijk voor de bouwtechnische kwaliteit. De voorwaarden hiervoor staan in het Besluit bouwwerken leefomgeving (Bbl).

Ruimtelijke vergunning

Naast het bouwtechnische gedeelte, heeft u mogelijk ook een vergunning nodig voor het ruimtelijk deel. Het ruimtelijke deel gaat over hoe een bouwwerk in de omgeving past en of het daar mag staan.

Voldoet de aan- uit of bijgebouw aan de bouw- en gebruiksvoorschriften van het omgevingsplan? Dan heeft u geen vergunning nodig als het voldoet aan de volgende voorwaarden: 

1. op de grond staand;
2. gelegen in achtererfgebied;
3. op een afstand van meer dan 1 meter vanaf openbaar toegankelijk gebied;
4. niet hoger dan 5 meter;
5. de ligging van een verblijfsgebied, bij meer dan één bouwlaag, alleen op de eerste bouwlaag;
6. niet voorzien van een dakterras, balkon of andere niet op de grond gelegen buitenruimte.
7. geen gemeentelijk monument is, geen rijksmonument is of gelegen is in een beschermd dorpsgezicht.
8. de locatie gelegen is in een welstandsvrijgebied.

Voldoet het bouwplan niet volledig aan de bouw- en gebruiksregels van het omgevingsplan, maar gaat het om een bouwwerk zoals hierboven genoemd? Dan kan de bouwactiviteit alsnog vergunningvrij zijn als deze voldoet aan de in artikel 22.36 en 22.37 van de bruidsschat (tijdelijk deel van het omgevingsplan) opgenomen voorschriften. Bekijk hier de regels door uw adres in te vullen bij 'Regels op de kaart'. In alle andere gevallen bent u vergunningplichtig voor het ruimtelijke deel.

Omgevingsloket

Via het Omgevingsloket is meer informatie beschikbaar. Hier is het onder andere mogelijk om een vergunningcheck uit te voeren en het omgevingsplan te raadplegen.